Column Irene Pigge: AirPods
AlgemeenIrene Pigge is samen met haar man eigenaar van het koffiezaakje op het station van Borne. Een druk punt, waar veel ontmoetingen plaatsvinden en reuring is. In Hart van Borne vertelt zij wat zij er zoal meemaakt.
Ik vond een studentenpas. Erop stond een foto van een jongen met AirPods in zijn oren. AirPods zijn die witte slurfjes die bijna iedereen in zijn oren heeft tegenwoordig om er mee te kunnen bellen of om er muziek op te kunnen afspelen. Mezelf incluis.
Ik vind het zalig, draadloos kunnen rondlopen met een hele soundtrack onder mijn leven. Maar meer nog luister ik er boeken op. Het maakt me niet uit wat ik ondertussen doe: poetsen, groente snijden, stofzuigen, wat dan ook, ik doe het met plezier omdat ik ondertussen mee wordt genomen naar een andere wereld. Het kan dan ook goed zijn dat je me betrapt terwijl ik snel een AirPod in de zak van mijn schort laat glijden. Ik ben ‘m ook nog weleens kwijt; dan heb ik ‘m achteloos van me afgeslingerd, of is ie op de grond terechtgekomen. Collega’s hebben instructies: “vind je ‘m, app me waar je ‘m gaat verstoppen en mond dicht naar John.” Het kwam al iets te vaak voor.
Ik kan ervoor kiezen het slurfje te laten zitten waar hij zit, terwijl ik de klant help. Je kunt met dubbeltikken op het oor de muziek laten stoppen tenslotte om zo de volle aandacht te hebben. Maar eigenlijk vind ik dat geen optie, want het zou ongeïnteresseerd staan en onprofessioneel. Het minste wat je kunt doen in dialoog met de ander, is ook daadwerkelijk in de dialoog zíjn, zonder ruis of afleiding. Ook al is het bijna een onderdeel geworden van gezichten van tegenwoordig, getuige de foto op de studentenpas. Waarschijnlijk had ie niet eens door dat hij ze nog in had. Maar toch vind ik het gek staan, AirPods op een pasfoto. Dat is niet hoe het hoort.